Röntgenfoto

Op een röntgenfoto kan de dokter de binnenkant van je lijf zien. Er wordt bijvoorbeeld een foto gemaakt van je botten, longen of buik.

Een röntgenfoto wordt gemaakt met een groot röntgenapparaat. Bij het maken van de foto’s houd je jouw lijf op of tegen een plaat aan. Deze plaat voelt koud aan. Je moet daarbij staan of op een bed liggen.

De foto’s worden gemaakt met röntgenstralen. Als de foto wordt gemaakt, gaan deze stralen door je lijf heen. Hier voel je niets van. Je hoort dan een zoemend geluid.

Tijdens het maken van de foto mogen je vader of moeder in dezelfde kamer blijven. Ze staan dan meestal achter een scherm. Als je vader of moeder bij je blijven, krijgen zij een schort aan. Dit schort beschermt ze tegen de röntgenstralen.